Dettifoss, Ásbyrgi en Hverfjall
Door: Gerben & Eveline
Blijf op de hoogte en volg Eveline & Gerben
01 September 2015 | IJsland, Reykjahlíð
Vannacht hebben we goed geslapen. De baby van de buren hebben we slechts één keer horen blèhren, dus dat viel mee. Vandaag zijn we weer vroeg opgestaan. Na het ontbijt zijn we vanaf Myvatn naar naar het noorden gereden, waar we een stop hebben gemaakt bij Dettifoss. De Dettifoss waterval is een 44 meter hoge en 100 meter brede waterval in de Jökulsá á Fjollum rivier. Na een stukje lopen zagen we deze imposante waterval. Niet normaal hoeveel water hier naar beneden komt! Vervolgens zijn we een stukje stroomopwaarts gelopen naar de Selfoss. Om dichterbij te komen hebben we wat moet klimmen en springen langs de klif. Echt gaaf!
Hierna zijn we verder naar het noorden gereden over de 862, een op de kaart bruine weg. In het echt ook een bruine weg, vol met kuilen en stenen. Pfff! Dit schoot echt niet op! Na een tijdje rijden kwamen we bij Hólmatungur. Hier vermengen zich de heldere waterbronnen met het troebele water van de rivier. We hebben zo'n half uur naar beneden gelopen, om vanaf het ravijn van Jökulsa á Fjöllum een mooi uitzicht te hebben op de kliffen, de rivier en wat watervallen. De tocht terug was nog best pittig; de jassen gingen zelfs uit!
We reden door over de 862, die er niet beter op werd. We waren niet alleen bezig met kuilen en stenen te ontwijken, ook moesten we diverse grote plassen trotseren. Splash!! De modder hangt aan alle kanten van onze Qashqai! Na een uur hobbelen en slingeren kwamen we dan ook gelukkig uit bij Ásbyrgi in het gebied Jökulsárgljúfur. De Ásbyrgi is een 4 kilometer lange, V-vormige kloof met steile, tot 100 meter hoge rotswanden. We zijn met de auto helemaal in de kloof gereden, waarna we een wandeling zijn gaan maken. We zijn door het bos naar het meertje gelopen. De rotswanden zijn echt indrukwekkend hoog!
Het leek ons geen goed plan om over dezelfde 'bruine' weg weer terug te gaan, dus kozen we ervoor om de kustweg te nemen over het schiereiland Tjörnes. Via Mánárbakki in het uiterste noorden en Husavik, de "Walvishoofdstad van Europa", zijn we weer teruggereden naar de omgeving van Myvatn. Daar zijn we naar de Hverfjell gereden. De Hverfjell is een bijzonder mooie, grotendeels uit as opgebouwde, ringvormige explosiekrater. De diameter van deze krater is één kilometer en de bodem is 140 meter diep. En uiteraard zijn we deze krater gaan beklimmen. Het is een aardig stukje omhoog, maar dat is op zich goed te doen. Je wordt alleen helemaal gek van alle muggen. Het zijn er zoveel! Overigens was het wel de moeite waard. Erg bijzonder om zo in een krater te kijken en ook het uitzicht vanaf de kraterrand was erg mooi. Vanaf grote hoogte kijk je uit over het meer van Myvatn en de Krafla. De Krafla is een immense caldera met veel stoompluimen.
Na weer totaal 243 kilometer gereden te hebben, zijn we teruggekeerd naar onze accommodatie. Tot grote blijdschap zagen we dat het gezinnetje met de baby's vertrokken was. Nice! Voorlopig hebben we geen andere bewoners hier, dus hebben we weer het hele huisje voor ons alleen. Lekker! Zo nog even onze serie kijken en dan op tijd naar bed. Morgen weer een lange dag rijden...
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley